|

Dr. Edwin van de Haar

Heterarchie en internationale betrekkingen

Heterarchie is een begrip dat ‘nevenschikking’ betekent, en als contrast moet worden gezien van hiërarchie (onder- en bovenschikking). Oorspronkelijk werd de term gebruikt door Warren S. McCullogh, gespecialiseerd in de neurofysiologie en cybernetica, later werd het breder omarmd en ook in de politieke filosofie toegepast. Zeker door Libertariërs, omdat de heterarchische samenleving dicht aanschurkt tegen het libertaire ideaal van een samenleving waarin individuen op basis van vrijwilligheid samenleven en concurreren. Dit in tegenstelling tot onze huidige planmatige samenlevingen, vol met dwang en maakbaarheidswaanzin.1

Heterarchie is een relatief nieuw begrip, dat niet is uitgewerkt in de libertarische politieke, economische of sociale theorie2 Vandaar dat ook dit artikel slechts verkennend van aard is, met als centrale vraag hoe heterarchie en internationale betrekkingen zich tot elkaar verhouden vanuit libertarisch perspectief. Libertarisme is hierbij gedefinieerd als het politieke idee dat de staat geen (anarcho-kapitalisme) of zo min mogelijk (minarchisme) invloed op het leven van de individu moet uitoefenen.

Aan de orde komen achtereenvolgens de aard van de huidige internationale betrekkingen, enkele libertarische kerngedachten over internationale betrekkingen, en het idee van heterarchie in relatie tot het denken over internationale betrekkingen. Het gaat hier met nadruk om een verkenning op hoofdlijnen, met een relatief uitgebreid notenapparaat met verwijzingen naar werken die de geïnteresseerde lezer verder op weg kunnen helpen.

Het wezen van internationale betrekkingen

Internationale betrekkingen is het geheel van bovenstatelijke politieke, economische en culturele betrekkingen tussen groepen en individuen. ‘Bovenstatelijk’ omdat de wereld is verdeeld in soevereine staten, waarbij in beginsel wordt erkend dat regeringen binnen hun grondgebied onafhankelijk kunnen opereren, afgebakend door grenzen. Soevereiniteit is een erkenning door anderen, een staat kan dat niet zelf bepalen. Deze situatie komt natuurlijk niet overeen met de libertarische idealen, maar is nu wel de feitelijke situatie en daarmee de basis van deze beschouwing.

In de internationale betrekkingen zijn er verschillende actoren en afspraken over hun onderlinge verhoudingen en mogelijkheden voor onderlinge samenwerking. Onmiskenbaar zijn staten daarbij het belangrijkst, maar er zijn ook een heleboel andere actoren, zoals internationale organisaties (intergouvernementeel en non-gouvernementeel), internationale bedrijven, unieke organisaties zoals de Europese Unie die tussen staat en internationale organisatie inzitten, verzets- en bevrijdingsgroepen, private militaire organisaties, vrijwilligersorganisaties, gerechtshoven, et cetera. Daarbij zijn er diverse soorten formele regels afgesproken tussen staten in verdragen, die niet alleen staten en internationale organisaties, maar ook individuen aangaan. Gemakshalve duid ik dit geheel aan als het internationaal publiekrecht. Al met al een complex web van structuren, actoren en formele regels, waarbij de specifieke organisatie ook per onderwerp verschilt.3

Er is wel internationaal recht en er zijn internationale gerechtshoven, maar er is toch geen wereldrechter. Er is geen hof dat ook kan zorgen dat zijn uitspraken worden uitgevoerd. Staten kunnen uitspraken naast zich neerleggen, hetgeen natuurlijk een hoge ‘prijs’ kan hebben, zoals sancties of internationaal isolement. Dat is het geval bij Noord-Korea. Maar dat voorbeeld maakt ook direct duidelijk dat dergelijke maatregelen niet doorslaggevend zijn. Een regime kan het decennialang uitzingen, zolang het de belangen van de bevolking onderdrukt of negeert. Echt afdwingen van een internationaal-gerechtelijke uitspraak kan pas als andere staten zouden besluiten dat met geweld af te dwingen, hetgeen zelden gebeurt.

Een gevolg van de instabiele internationale rechtsorde is dat staten in een permanent ‘veiligheidsdilemma’ leven. Een regering kan nooit weten wat andere staten van plan zijn, en hoe bedreigend dat is voor het voortbestaan van het regime of de staat. De oorlog in Oekraïne is een recent voorbeeld. Dat was voor Europa een shock, na dertig jaar vrede en stabiliteit, maar in veel andere delen van de wereld is oorlogsdreiging aan de orde van de dag, ook binnenlands overigens. Een gevolg is dat landen gaan samenwerken en allianties vormen op defensiegebied (zoals NAVO), om met elkaar sterker te staan tegenover mogelijke bedreigingen en een afschrikwekkend effect te hebben. Als verschillende allianties elkaar min of meer in evenwicht houden is sprake van een machtsbalans, die bijdraagt aan internationale orde.4

Libertariërs kijken meestal met argwaan en enige ongerustheid naar internationale betrekkingen. Dat is niet zo verwonderlijk, want de internationale politiek is een geregeld een grote bedreiging voor de individuele vrijheid, bijvoorbeeld via oorlog en andere soorten van geweld, maar ook via het internationale recht en/of de besluiten van internationale organisaties. Desondanks zijn libertariërs geen grote denkers over internationale vraagstukken. Murray Rothbard verzuchtte dan ook dat vraagstukken van oorlog en vrede over het algemeen door hen zijn genegeerd.5

Libertarische dilemma’s

Dat wil niet zeggen dat Libertariërs geheel niet hebben nagedacht over dergelijke kwesties, of over de internationale orde in den brede.6 Ik beperk mij hier tot het aanstippen van enkele hoofdthema’s en bijbehorende dilemma’s. Daaruit blijkt dat libertariërs ook in hun internationale denken vaak van een hiërarchische ordening uit blijken te gaan.

Een bekend libertarisch alternatief voor een wereld van staten, met verplicht staatsburgerschap voor individuen, is secessie. Oftewel het recht je af te scheiden van de staat waarin je woont of geboren bent, en een eigen gemeenschap te stichten. De precieze libertarische uitwerking van dit basisidee verschilt, bijvoorbeeld over de vraag of de nieuwe entiteit ook soevereiniteit moet krijgen, of het nodig is om een minimum aantal mensen te verzamelen voor tot secessie kan worden overgegaan, et cetera.7 Hoe dat ook zij, de ironie is dat het resultaat van een wereld met secessie leidt tot een wereld met nog meer internationale betrekkingen, met dito kans op conflict. Immers, al deze entiteiten of staten hebben buurlanden, het aantal landsgrenzen neemt toe, de kans op oorlog ook, al was het maar omdat het aantal potentiële geopolitieke geschillen ook hard toeneemt.

Het libertarische antwoord op dergelijke kritiek is vaak een pleidooi voor een isolationistische buitenlandse politiek, waarbij een staat zich geheel afzijdig houdt van de gebeurtenissen in de wereld, in de verwachting dat hiermee ook oorzaken van internationale frictie worden weggenomen. Nu zal dat heus weleens het geval zijn, maar als oplossing voor internationaal geweld volstaat het niet. Oorlog, de meest dramatische vorm van internationale frictie, is een ingewikkeld, multi-causaal fenomeen, dat niet wordt geneutraliseerd door isolationistisch buitenlands beleid. Het miskent ook de fundamentele rol van de menselijke natuur in het voortdurend gebruik van internationaal geweld. Niet door iedereen, altijd, maar wel door sommigen, soms.8 Vrijhandel, hoe goed ook voor welvaart, ontwikkeling, innovatie en culturele uitwisseling brengt ook geen vrede.9

Natuurlijk is niet leuk dat mensen geen engelen zijn, zoals James Madison onderschreef, en is oorlog verschrikkelijk, maar om het even populair te zeggen: wen er maar aan, dus ‘deal with it’!

Zijn libertariërs pacifisten? Ongetwijfeld zijn er libertariërs die vinden dat je nooit geweld mag gebruiken, maar het gros der libertarische denkers, waaronder Rothbard en Rand, is van mening dat offensief geweld (initiatie van geweld) niet aanvaardbaar is, maar dat zelfverdediging wel wenselijk en aanvaardbaar is. Dat is alleszins redelijk en sluit aan bij het internationale recht. Maar libertariërs hebben wel de neiging het hierbij te laten en mogelijke grensgevallen niet te bespreken. Want hoe redelijk is het echt te moeten wachten op een invasie van buitenlandse troepen, als er zich een enorme troepenmacht concentreert net over de grens? Is een pro-actieve aanval in alle gevallen ongerechtvaardigd? Het is op zijn minst twijfelachtig of het non-agressie beginsel wel zo absoluut en praktisch hanteerbaar is als libertariërs denken. Dat gezegd hebbende is de libertarische kritiek op actueel buitenlands beleid, zoals militaire interventies, soms goed te begrijpen.10

Hoe moet worden gehandeld in het onvermijdelijke geval van oorlog? Rothbard sluit zich aan bij de traditie van ‘rechtvaardige oorlog’, gebaseerd op onder andere het werk van Hugo de Groot, die stelt dat een oorlog alleen rechtvaardig is als deze om een goede reden wordt gevoerd, en als de strijdende partijen strikte regels in acht nemen bij de gevechten, met name dat niet-betrokken mensen buiten het conflict worden gehouden.11 Dat is een mooi uitgangspunt, maar bedacht moet worden dat de lijst met gerechtvaardigde oorzaken best lang is. Niet alleen invasie, maar ook een burger die ten onrechte in het buitenland gevangen wordt gehouden, of als een schuld niet is betaald door een buitenlandse mogendheid, en nog veel meer.12

Daarbij is er zelden tot nooit sprake van sancties op het negeren van schade toedoen aan niet-deelnemende partijen. Dat valt ook niet goed op te lossen met private defensiebedrijven die contractueel geboden zijn om geen nevenschade te veroorzaken, zoals Hans-Herman Hoppe in navolging van de Belgische denker De Molinari heeft bepleit.13 En hoe rechtvaardig is eigenlijk de voorkeur voor guerrilla-oorlog van sommige libertariërs, waarbij onpartijdige burgers als dekmantel worden gebruikt en geweld tegen hen al snel wordt uitgelokt?14

Kortom, veel libertarisch denken over internationale betrekkingen gaat niet diep genoeg of beperkt zich tot (al dan niet terechte) kritiek op actuele kwesties.

Kansen op een heterarchische internationale orde

Het concept van heterarchie is ook nieuw voor het libertarisch denken over internationale betrekkingen. De vraag is hoe het zich verhoudt tot bestaande hiërarchische verhoudingen, omdat internationale actoren, met name staten, nu eenmaal verschillen in macht, omvang, aantal inwoners, grondstoffen, et cetera. 15Daarnaast blijft internationale politiek een zaak van mensen. De menselijke natuur maakt het onmogelijk om conflict permanent te voorkomen.

Heterarchie in internationale betrekkingen is het meest uitgebreid behandeld een master-scriptie van een student op een universiteit in Nieuw Zeeland. Hij omschrijft heterarchie als een benadering die veel waarde hecht aan relaties en context van internationaal handelen, waarbij de rol van een katalysator centraal staat. Dat is een soort van ‘start-moment’ van een reeks gebeurtenissen, met een centrale rol van de context en de relaties van alle actoren die als gevolg van de katalysator handelen. Voor de juiste analyse van internationale politiek is het cruciaal om voldoende begrip te verkrijgen van een dergelijke katalysator. De uitwerking van heterarchie in de scriptie is vooral gericht tegen bestaande theorieën en benaderingen van internationale betrekkingen, waarbij de auteur een onterecht harde scheiding maakt tussen heterarchie en de in zijn woorden rationele en hiërarchische bestaande theorieën gericht op verklaringen van de structuur van internationale betrekkingen. Hij stelt bijvoorbeeld dat deze laatsten in de analyses van de geschillen tussen Japan en Zuid-Korea de historische context over het hoofd zouden zien.16 Dat is simpelweg niet waar. Meer in het algemeen geldt dat zelfs de theorieën die veel aandacht besteden aan de structuur van het wereldsysteem, niet in een historisch of empirisch vacuüm bestaan. Er zijn ook ruim voldoende theorieën die veel aandacht besteden aan de relaties tussen actoren, en de wisselwerking tussen context en actor.

Kortom, heterarchie is vooralsnog geen overtuigend concept in de verklaring van internationale politiek, of een alternatief voor de hiërarchische fundamenten van internationale betrekkingen. Libertariërs doen er goed aan om hun bestaande ideeën over internationale betrekkingen verder uit te werken, om met werkelijke alternatieven te komen, zoals zij op andere onderwerpen plegen te doen.

1 Van de Haar, Human Nature and World Affairs. An Introduction to Classical Liberalism and International Relations Theory; “Human Nature as the Foundation of Adam Smith’s International Theory,” in British Modern International Thought in the Making. Politics and Economy from Hobbes to Bentham, ed. Benjamin Bourcier and Mikko Jakonen (Basingstole: Palgrave Macmillan, 2024); “Mondiale Ongelijkheid,” in Verschil Moet Er Zijn. Liberale Perspectieven Op Ongelijkheid, ed. Fleur De Beaufort, P.G.C. Van Schie, and Marcel Wissenburg (Antwerpen en ’s Hertogenbosch: Gompel&Svacina, 2021).

Dr. Edwin van de Haar


  1. Het begrip is niet terug te vinden in recente bundels over libertarisme, zie Matt Zwolinski and Benjamin Ferguson, eds., The Routledge Companion to Libertarianism (London and New York: Routledge, 2022); Jason Brennan, Bas Van der Vossen, and David Schmidtz, eds., The Routledge Handbook of Libertarianism (London and New York: Routledge, 2018); Eric Mack, Libertarianism (Cambridge: Polity Press, 2018). Jason Brennan, Libertarianism. What Everyone Needs to Know (Oxford: Oxford University Press, 2012). ↩︎
  2. Edwin J.F. Delsing, “Heterarchie. De Parallelle Samenleving in Libertarisch Perspectief,” in Het Libertarische Sociaal Contract. Libertarische Beginselen, Contract En Grondwet, ed. Edwin J.F. Delsing, Henk van Ekelenburg, en Ratio (Libertaire Partij Nederland, 2022).. ↩︎
  3. Zie voor een mooie beschrijving Robert H. Jackson, The Global Covenant. Human Conduct in a World of States (Oxford: Oxford University Press, 2000). ↩︎
  4. Richard Little, The Balance of Power in International Relations. Metaphors, Myths and Models (Cambridge: Cambridge University Press, 2007); Ken Booth and Nicholas J. Wheeler, The Security Dilemma. Fear, Cooperation and Trust in World Politics (Basingstoke and New York: Palgrave Macmillan, 2008). Edwin R. Van de Haar, “Hayekian Spontaneous Order and the International Balance of Power,” The Independent Review 16, no. 1 (2011). ↩︎
  5. Murray N. Rothbard, Egalitarianism as a Revolt against Nature and Other Essays (Auburn: Ludwig von Mises Institute, 2000).p 115. ↩︎
  6. Zie voor ideeën van individuele libertariers, alsmede het verschil tussen libertarisme en andere vormen van liberalisme: Edwin R. Van de Haar, Bemind, Maar Onbekend. De Politieke Filosofie Van Het Liberalisme (Soesterberg: Aspekt, 2011); Degrees of Freedom. Liberal Political Philosophy and Ideology (New York and London: Routledge, 2015); “Fostering Liberty in International Relations Theory: The Case of Ayn Rand,” International Politics 56, no. 1 (2019); Human Nature and World Affairs. An Introduction to Classical Liberalism and International Relations Theory (London: Institute of Economic Affairs, 2023). ↩︎
  7. Zie bijvoorbeeld Jörg Guido Hülsmann, “Secession and the Production of Defense,” in The Myth of National Defense: Essays in the Theory and History of Security Production, ed. Hans-Hermann Hoppe (Auburn: Ludwig von Mises Institute, 2003). ↩︎
  8. Christopher Coker, Can War Be Eliminated? (Cambridge: Polity, 2014); Hidemi Suganami, On the Causes of War (Oxford: Clarendon Press, 1996); Margaret Macmillan, War. How Conflict Shaped Us (London: Profile Books, 2020). ↩︎
  9. Edwin R. Van de Haar, “Free Trade Does Not Foster Peace,” Economic Affairs 40, no. 2 (2020); “Rejoinder,” Economic Affairs 40, no. 3 (2020); “The Liberal Divide over Trade, War and Peace,” International Relations 24, no. 2 (2010). ↩︎
  10. Zie bijvoorbeeld Ted Galen Carpenter, Peace & Freedom. Foreign Policy for a Constitutional Republic (Washington, D.C.: Cato Institute, 2002); Robert Higgs, Against Leviathan. Government Power and a Free Society (Oakland: The Independent Institute, 2004). Resurgence of the Warfare State. The Crisis since 9/11 (Oakland: The Independent Institute, 2005); John V. Denson, “War and American Freedom,” in The Costs of War. America’s Pyrrhic Victories, ed. John V. Denson (New Brunswick and London: Transaction Publishers, 2003); Richard M. Ebeling and Jacob G. Hornberger, eds., The Failure of America’s Foreign Wars (Fairfax: The Future of Freedom Foundation, 1996); Libert, Security, and the War on Terrorism (Fairfax: The Future of Freedom Foundation, 2003). Ron Paul, A Foreign Policy of Freedom. ‘Peace, Commerce and Honest Friendship’ (Lake Jackson: The Foundation for Rational Economics and Education, 2007). ↩︎
  11. Murray N. Rothbard, For a New Liberty. The Libertarian Manifesto (San Francisco: Fox & Wilkes, 1996). pp 263-294 ↩︎
  12. Hugo Grotius, The Rights of War and Peace. Edited and with an Introduction by Richard Tuck. In Three Books. (Indianapolis: Liberty Fund, 2005) ↩︎
  13. Vergelijk Hans-Hermann Hoppe, “Government and the Private Production of Defense,” in The Myth of National Defense: Essays in the Theory and History of Security Production, ed. Hans-Hermann Hoppe (Auburn: Ludwig von Mises Institute, 2003); en Van de Haar, Degrees of Freedom. Liberal Political Philosophy and Ideology. pp. 88-91. ↩︎
  14. Jospeh R. Stromberg, “Mercenaries, Guerrillas, Militias, and the Defense of Minimal States and Free Societies,” in The Myth of National Defense: Essays in the Theory and History of Security Production, ed. Hans-Hermann Hoppe (Auburn: Ludwig von Mises Institute, 2003). ↩︎
  15. Van de Haar, Human Nature and World Affairs. An Introduction to Classical Liberalism and International Relations Theory; “Human Nature as the Foundation of Adam Smith’s International Theory,” in British Modern International Thought in the Making. Politics and Economy from Hobbes to Bentham, ed. Benjamin Bourcier and Mikko Jakonen (Basingstole: Palgrave Macmillan, 2024); “Mondiale Ongelijkheid,” in Verschil Moet Er Zijn. Liberale Perspectieven Op Ongelijkheid, ed. Fleur De Beaufort, P.G.C. Van Schie, and Marcel Wissenburg (Antwerpen en ’s Hertogenbosch: Gompel&Svacina, 2021). ↩︎
  16. Brenton Beach, “Introducing Heterarchy: A Relational-Contextual Framework within the Study of International Relations. ” (Massey University, 2017). ↩︎