|

Tom van Lamoen

Mijn visie op libertair kapitalisme

,

Bitcoin, libertarisme, kapitalisme talloze filosofische gedachtes spoken de laatste tijd door mijn hoofd en steeds meer puzzelstukjes vallen voor mij op hun plek. Objectivisme, voluntarisme, anarcho-kapitalisme er zijn talloze stromingen om filosofieën en ideeën te beschrijven. Wat betekent dit voor mij en hoe vertaal ik de gevoelens die ik al jaren met mij meedraag naar politiek? Het is een hele uitdaging en vooral een persoonlijke evolutie waar ik mijzelf een stuk beter heb leren kennen.

Nu zit ik opeens in de politiek en moet ik wekelijks diepgaand mijn mening verantwoorden. Vandaag nog in een mooi open gesprek met een raadslid die zich afvroeg: “Waarom geven jullie aan de burgers direct te willen vertegenwoordigen, te zorgen dat de kwetsbaren meer bestedingsruimte hebben maar zijn jullie tegen sociale huur?”

(A) Sociale huur

Sociale huur; het is voor mij één van de go-to voorbeelden geworden waarom wij onbeschaamd voor kapitalisme zijn. Sociale huur is gesubsidieerde huur. Over het socialistische idee van herverdeling kan ik ook pagina’s schrijven maar ik zal het kort houden: de totaliteit van geschiedenis laat zien dat op de lange termijn het juist meer kapitaal en macht wegvloeit bij de gewone burgers richting de kleine minderheid die zich meer autoriteit aanmeet. Of dat nou de elite, de rijken, de bourgeoisie of een regering zijn komt allemaal op hetzelfde neer. Het werkt averechts.

En sociale huur is een hele directe lijn waarin deze omgekeerde wereld heel snel te zien is. Men noemt het betaalbare woningen terwijl ze veel hogere kosten hebben dan hun waarde. Maar mensen voelen dat niet want door de subsidie is dat andermans geld. Er ontstaan direct meerdere monopolies: Een hele duidelijke zijn de wooncorporaties. Hier in Amersfoort zijn ze het gesprek van de dag. Extreem slecht onderhoud van woningen, geringe communicatie over sloop, afspraken niet nakomen en overkoepelend extreem slechte service.

Afbeelding 1: Artikel uit het AD – bron

Een andere zijn de projectontwikkelaars. Ondanks dat ik het zeker niet hun schuld vind, ze staan immers juist steeds meer onder druk door eisen en regels die door de gemeente worden opgelegd. Door invloed van de gemeente en steeds moeilijkere wetgeving kunnen alleen de grotere ondernemingen en bouwbedrijven zich hierop aanpassen. Kleinere bouwbedrijven met minder middelen en aanpassingsmogelijkheid komen steeds meer in de knel, waardoor de grotere bedrijven steeds vaker de grotere opdrachten voor de gemeente kunnen binnenslepen. Dit gaat direct de concurrentiepositie tegen.

De grootste slachtoffers van deze interacties zijn zonder meer de bewoners van de slecht onderhouden woningen. Maar waar verreweg het merendeel van de partijen deze groep wil ontlasten door meer sociale huur te faciliteren, willen wij juist de andere overkoepelende problemen vertegenwoordigen: deze bewoners zijn afhankelijk gemaakt van de gemeentelijke subsidies!

Wooncorporaties kunnen deze groep op dit moment uitbuiten omdat de bewoners nergens anders heen kunnen. Ze hebben geen eerlijke concurrentiepositie die alle deelnemende partijen eerlijk zou moeten houden.

Als de bewoners een vrije keuze zouden hebben hield een woonaanbieder met dergelijke service geen klanten meer over.

Conclusie: Sociale huur zorgt op een directe manier voor monopolie vorming, daardoor worden de gesubsidieerde woningen zelf ook minder betaalbaar. De aanbieder kan namelijk zelf de prijs bepalen zonder andere opties voor de klanten. Ook zorgt het voor een scheve situatie in de woningmarkt waar deze effecten woningen duurder maken voor de groep die wacht op, of net niet in aanmerking komt voor deze subsidie. Het maakt daarmee steeds grotere groepen armer en monopolisten rijker. Het tegenovergestelde wat deze “sociale” systemen zouden moeten bereiken.

(B) Vrije markt

De verschillende benoemde filosofieën zijn allemaal gebaseerd op een kapitalistische vrije markt. Hoewel het algemeen gebruikelijk is kapitalisme de schuld te geven van monopolie vorming, wat ook uiteraard door de bekende marxisten wordt geopperd, is dit juist extreem tegenstrijdig met de basis van het vrijemarktprincipe. Een contract of commerciële interactie zal namelijk altijd plaatsvinden vanuit wederzijdse vrijwillige keuze. Als dit niet zo is kunnen beide partijen het simpelweg weigeren en naar een concurrent of andere klant gaan. “Maar het is geen vrije keuze om op straat te slapen!” En dit is zonder meer waar. Maar het effect op de markt bij een product dat elk persoon “nodig” heeft is een extreem grote vraag, dus een hoge concurrentie tussen aanbieders. Het enige wat dit tegengaat is elke vorm van invloed op de markt die hem minder vrij maakt, waaronder overheidsinvloed.

Bestedingsruimte en fiatgeld

In een vorig artikel beschreef ik de invloed van bestedingsruimte op keuzevrijheid. 
Dit is een belangrijk punt in dit verhaal omdat negatieve keuzevrijheid dus ook juist monopolie vorming oplevert. Een volk wat onder groeiende druk van inflatie is zal geforceerd worden keuzes te maken waar ze met meer bestedingsruimte voor duurzamer lange termijn opties zouden gekozen hebben. Tot nu toe beschreef ik meer de ideologische commerciële interactie wereld. Echter zal er eerst een ander punt aan dit huidige systeem moeten veranderen: Geld.

Er is veel discussie over te korte termijn oorzaken van inflatie, wij zien die allemaal grotendeels als incidenteel. Er is één rode lijn in de geschiedenis die te volgen is sinds de invoeringen van de centrale banken, belastingen en afschaffing van (goud) standaarden. En dat is het geld zelf. Als overheden rente moeten betalen om een munteenheid te mogen gebruiken en steeds maar geld bij laat “drukken” of creëren om de kosten van diensten te blijven onderhouden. Dan is dat duidelijk de grootste invloed op de waarde van het geld zelf.

De laatste 100 jaar heeft de industriële revolutie gezorgd voor een enorme verlaging van productie kosten. Het kost steeds minder arbeid om  producten te maken. Hoe kan het dan zijn dat arbeid gedurende diezelfde tijd steeds minder lonend is geworden? Dat is de echte inflatie.

Ons geld wordt minder waard. Maar dat is niet het enige. Doordat producten wel een gemiddelde vaste “waarde” voor ons als gebruikers hebben maar het steeds meer ruilmiddel kost om deze producten te bemachtigen, transfereren wij indirect constant een percentage van onze arbeid naar een gecentraliseerde overheid, of dus eigenlijk de centrale banken. Dat is wat inflatie betekent en dat is de grootste ondermijning van de vrije markt zoals wij deze kennen.

Een bijkomend probleem is dat overheden een autoritaire “fiat” waarde geven aan geld. Deze houden zij samen met de centrale banken in stand. Zonder dat dit ter discussie staat. Fiatgeld is geld dat zijn waarde niet uit de materie haalt waarvan het gemaakt is (zoals goud en zilver) maar puur uit autoritaire waarde die een overheid er aan geeft.

De rente en belastingen die het ondertussen kost voor een overheid om überhaupt zichzelf in stand te houden groeien exponentieel. En die worden elk jaar meer onttrokken uit de samenleving waar alle belastingbetalers verreweg het meest de dupe van zijn. Een steeds groter deel van de belastinginkomsten worden niet verdeeld over diensten aan de belastingbetaler maar om aan de rente van het geleende geld te kunnen voldoen. Met als gevolg een groeiende druk op de bestedingsruimte van burgers. Arbeid zelf wordt hierdoor ook minder lonend.

Bitcoin

Ook over bitcoin en andere crypto-currencies bestaat veel discussie. Ikzelf ben van mening dat het op zijn minst een puurdere vorm van “waarde” vertegenwoordigt. Het is immers een veel directere vergelijking met wat een vorm van “geld” zou moeten betekenen: een formule van arbeid/energie afgezet tegenover tijd. Wat een directe vergelijking is van hoe bitcoin via mining tot stand komt, net als goud dat in zekere mate ook had.

Bitcoin is ook nog eens encrypted, op een bepaalde manier oncontroleerbaar. Ik kwam onlangs pas achter de echte belangen van een vorm van oncontroleerbare gedecentraliseerde munteenheid.

Het maakt verplichte belastingen onmogelijk.

Dit effect sloeg echt als een donderslag op mij in. Veel puzzelstukjes en filosofische gedachte draden vielen voor mij persoonlijk weer op zijn plek.

Belasting en vrijwillige interactie

Het ideale kapitalistische systeem bestaat dus volgens de libertaire gedachte uit complete vrijwillige interactie tussen partijen. Belastingen vallen hier duidelijk niet onder. Virtueel gezien is al het loon dat wij verdienen ten eerste van onze overheid en moeten wij maar zien hoeveel wij na alle afgetrokken kosten van onze arbeid overhouden. Hierdoor is onze arbeid niet meer ons eigendom.

Maar wat nou als onze inkomsten niet meer controleerbaar zouden zijn door een autoritaire instantie? Dan zouden belastingen dus systematisch gezien compleet vrijwillig moeten plaatsvinden.

Met als direct gevolg dat algemene sociale goederen en services zoals infrastructuur en rechtsbescherming/handhaving, noem maar op, weer moeten bewijzen vanuit een eerlijke transparante positie wat zij opleveren voor de burgers die ervoor betalen. Een concurrentie principe werkt als een zelfvoorzienende ombudsman en eerlijkheidsgraad. Terwijl de monopolie positie van de overheid over deze voorzieningen en onze arbeid die dit moet bekostigen direct niet meer in stand te houden is.

Arbeid en moraliteit

Fiatgeld zorgt dus voor onderdrukking en vooral in directere mate voor stress. Stress leidt ons weg van onze menselijke aard. Het is iets waar wij bewust en onbewust altijd tegen vechten. Stress heeft zelfs een enorme invloed op onze gezondheid en ons leven. Wat is de natuurlijke manier om stress tegen te gaan voor een mens? De creatie van zekerheid. Dit is waarom je altijd in golven van geschiedenis civilisaties ziet ontstaan die in elk geval duidelijk geambieerd worden. Civilisatie is duurzaam, toekomstgericht en zorgt voor individuele zekerheden van onderdak, voedsel et cetera.

Maar wat nou als zelfs ons eigen geld duurzaamheid afstraft? Sparen voor de toekomst is op dit moment een enorm slecht idee. Je spaargeld verdampt waar je bij staat en het concept van “delayed gratification” is compleet op zijn kant gezet. Moraliteit van zekerheidscreatie wat enorm menselijk is wordt nu door het huidige systeem afgestraft. Met alle psychologische gevolgen die niet eens meetbaar zijn.

Door dit gedachtengoed ben ik ervan overtuigd dat juist vrije en vrijwillige interactie de enige weg is naar een compleet morele en menselijke samenleving.

De complexiteit van deze maatschappelijk systemen valt uiteraard niet eens te beschrijven. Leren doe ik elke dag. Maar op zijn minst zie ik dat via bitcoin een enorme verschuiving kan en zal plaatsvinden. Het systeem staat op instorten en wie weet is bitcoin een echte menselijke vervanger die onze pure waarde kan vertegenwoordigen. Het is in elk geval het experiment meer dan waard.