Binnen het libertarisme wordt over het algemeen het eigendomsrecht als een absoluut recht gezien. Dit betekent dat individuen het recht hebben om hun eigendom te gebruiken en te beschermen tegen inbreuk door anderen, zonder tussenkomst van de overheid. Het libertarisme streeft naar maximale individuele vrijheid en minimaliseert de rol van de overheid in het economische en sociale leven.
Het eigendomsrecht wordt gezien als een fundamenteel recht dat nodig is om individuele vrijheid te waarborgen. Het eigendomsrecht is ook van toepassing op het lichaam. Uit het voorgaande volgt logischerwijs dat het gebruik van geweld ter verdediging van lijf en goed toegestaan is. Tijdens een discussie over het programma van de LP werd de mening geïntroduceerd dat zelfverdediging proportioneel moet zijn met de voorziene schade. Ook zou wraak niet mogen omdat dat geen zelfverdediging meer is. De schade is er al en wordt niet voorkomen. Proportionaliteit is op het eerste gezicht redelijk, maar ik kan me toch niet ontworstelen aan een gevoel van ongemak. Wraak staat voor mij zo buiten kijf, dat het idee dat af te verbieden vooral verbazing en woede losmaakt. Ik zal een aantal facetten uiteenzetten die leiden tot mijn positie.
De steen des aanstoots
Het idee is dat als er een inbreuk wordt begaan, deze volledig vergoed moet worden. De schade wordt geconverteerd naar een monetaire hoeveelheid die de dader dan moet betalen aan het slachtoffer. Straf bestaat niet langer, alleen de schadevergoeding blijft over. Ook alleen aantoonbare schade telt. Van een gevangenisstraf wordt niemand beter, dus dat zou afgeschaft worden. Lijfstraffen zijn al verboden, maar komen ook niet terug, omdat dit op wraak neerkomt en schade niet vergoedt. Ik zou vanuit het oogpunt van proportionaliteit een “oog om oog, tand om tand”-ethiek begrijpen, maar het leidt niet tot schadevergoeding. Dwangarbeid in het geval dat de dader niet kan betalen, mag wel.
Subjectiviteit
Als eerste subjectiviteit. Proportionaliteit is subjectief. De meningen verschillen over wat proportioneel is. Het is onrechtvaardig om dat op te leggen. De een zou een inbreker van de trap gooien, anderen noemen dit poging tot doodslag en dientengevolge disproportioneel. De eigenaar van het vastgoed moet de regels bepalen over wat een proportionele reactie op inbraak is. Ik denk aan de bordjes in Amerika: “burglars will be shot, survivors will be shot again”.
De subjectiviteit heeft twee kanten, enerzijds de schade die aangericht is, en anderzijds de repercussies. Over de schade is men het vaak sowieso niet eens. Veel schade is onmeetbaar: pijn, angst, schaamte, en verder ongemak. Dat betekent niet dat er dan maar niets tegenover hoeft te staan. Wie gaat opdraaien voor de kosten van opsporing en preventieve maatregelen? De crimineel zorgt ervoor dat deze kosten gemaakt worden, maar ze vallen niet per se onder schade. Ook hebben goederen inherent verschillende waardes voor verschillende mensen: het waardeloze erfstuk, het unieke schilderij, de tekening gemaakt door je overleden dochter.
Voor de repercussies gaat een zelfde soort vlag op. Is een pak slaag evenveel waard als een schilderij? Een gebroken been meer of minder dan een aanranding? Je kunt zelfs nog een stap verder gaan. Moeten de verdedigende maatregelen in verhouding staan met de goederen in het huis? Als ik speciale gladde dakpannen heb, die ervoor zorgen dat inbrekers naar beneden vallen, is dat wellicht niet proportioneel ten opzichte van inbraak.
Inconsistentie
In mijn lezing zijn het recht op bezit en de daaruit volgende rechten op dissociatie en het lichaam absoluut. Daarom mag de eigenaar volstrekt zelf bepalen hoe zijn bezit en lichaam behandeld dienen te worden. Op dezelfde wijze als de eigenaar van een weg mag bepalen hoe daar gereden wordt, en hoe overtredingen worden behandeld. Als een dief of snelheidsduivel het daar niet mee eens is, kan hij altijd besluiten niet tot inbraak of snelheidsovertreding over te gaan. Vrijwillige dissociatie is de oplossing.
De eigendomsrechten zijn nog weinig waard als iedere inbreuk daarop weloverwogen en proportioneel moet worden beantwoord. Als democratisch besloten wordt wat de reactie op zulke overtredingen moet zijn, is er dus per definitie geen sprake van absolute eigendomsrechten.
Wanneer wordt zelfverdediging wraak?
Dit is een wat subtieler punt, dat neerkomt op een probleem van tijd en symmetrie. Je mag jezelf met geweld beschermen, maar niet wreken. De daad die wordt tegengaan dan wel vergolden is hetzelfde, maar de reactie moet anders zijn. Dat is vreemd. Asymmetrisch tenminste. Er zit ook een component van tijd in die ik aan de hand van een scenario wil uitwerken. Je zit op je terras en je ziet een man over je hek klimmen. Hij pakt een shotgun en richt hem op jou. We zijn het er allemaal over eens dat jij je gold plated Colt Python 6″ .357 Magnum van tafel mag pakken, en hem naar zijn grootje mag schieten. Helaas. Je was te laat. Hij heeft de trekker al overgehaald en de hagel vliegt op je af. Nu zou je niet meer mogen schieten, want nu is het wraak. Hem naar de gallemiezen schieten heeft immers geen zin meer. De hagel zal niet ophouden jouw kant op te komen. Ok, ok, maar het zou toch kunnen dat hij mist en nog eens schiet. Niet met dit wapen! Ik geloof niet dat er iemand is die het eens is met deze conclusie.
Consequenties
Ik kan een hele trits aan voorbeelden bedenken waarbij mensen hun eigendommen verliezen omdat zij zich niet langer kunnen verdedigen als proportionaliteit afgedwongen wordt:
- Death by a thousand cuts. Je spreekt met honderduizend mensen af dat je ieder een 10tje jat van iemand. Omdat niemand hem genoeg schade aandoet, kan hij niemand tegenhouden. Daarna is hij failliet.
- De Landloper. Je wil van je tuin genieten. Hij klimt over het hek, maar maakt geen schade. Wat voor schade is er om je tegen te verdedigen? Geen enkele, dus je hebt geen poot om op te staan.
- De rijke buurman. Je buurman is exorbitant rijk en vindt jou een ongelofelijke plebejer, waar hij niet naast wil wonen. Jij zit goed, dus wil niet weg. Hij kan mensen inhuren om je leven zuur te maken en het iedere keer afbetalen zonder verdere problemen. Huis platgebrand, kippen vergiftigd, bomen omgezaagd. Maakt allemaal niet uit. Hij kan de schade toch wel vergoeden.
- De berekenende dief. Hij steelt liever dan dat hij werkt.
We nemen aan dat binnen proportionaliteit C = R, dus als P lager is dan 50%, zal de dief overgaan tot diefstal. Maar aangezien de dief het gestolen goed bij betrapping gewoon terug kan geven, en de schade op dat moment 0 is, kan hij het gratis proberen.